
Bij 18e eeuwse
woningen werd steeds meer aandacht gegeven aan het voegwerk. Men ziet vaker
knip- of snijvoegen verschijnen voor minimale lintvoegen (horizontaal) en
stootvoegen (vertikaal)


Regelmatig kom ik gevels
tegen van ca 16e – 17e eeuw, opgetrokken in metselwerk
waarbij de voegen “weer netjes” gerestaureerd met een knipvoeg. Soms ook op
basis van cement vanwege de hardheid. Men heeft dus een dure variant voegwerk
gekozen, omdat men dacht dat het bij hun huis hoort. Nu is in de meeste
gevallen het voegwerk vooral esthetisch, maar het dient nog altijd een geheel te
vormen met de rest en water uit/van de gevel te voeren. Een veel hardere voeg,
bijvoorbeeld cement, levert bij oude gebouwen dan ook vaak meer schade dan die
er voor de restauratie waren. Vooral vorst- waterschade of schade aan de
zwakkere baksteen. Ten onrechte wordt voegwerk vaak onderbelicht maar absoluut
een essentieel detail van de gemetselde gevel. Mocht men bij een oud gebouw de
voegen willen repareren/restaureren, klein of groot, neem altijd een ervaren
restauratie-voeger.
1:
verschillende type voegen
en benamingen. Benamingen knip- en snijvoeg wordt in verschillende literatuur
omgedraaid of als synoniem gebruikt.
2:
Erg enthousiast snijvoegwerk
in 17e eeuws metselwerk.
3:
18e eeuws
metselwerk van twee woningen. Links, voeg en metselwerk lijken een geheel. Rechts,
rode baksteen met minimale voegen.
4:
laat 19e eeuws
metselwerk met (knip-)snijvoeg. in de baksteen is een V-groefje aangebracht om
het na het voegen als twee kopse stenen te laten lijken.
5:
proefstukje
restauratiewerk met (knip-)snijvoeg van een kalkmortel. Stootvoeg over lintvoeg
i.v.m. afwatering. (witte voegen zijn naderhand “vervuild”.