Bij een onlangs uitgevoerde bouwhistorische verkenning is bij
verwijdering van een nieuw systeemplafond een cassette-plafond aangetroffen. Het
bijzondere is, dat het hier een gestuct plafond betreft dat vermoedelijk tussen 1878 en 1890 is aangebracht.
Zowel de balken als de diepliggende panelen zijn opgebouwd uit
riet dat bevestigd is met koperdraad en afgesmeerd met stucwerk. Hierop zijn
verschillende gipsen ornamenten en profileringen aangebracht. In de vakken betreft
het een vrij groot bloemmotief terwijl op de kruisingen van de balken een
achtvormig kelkmotief is aangebracht. In het midden van het plafond is een kelk
vervangen door een houten sokkel met sparingen ten behoeve van gasverlichting.
Informatie over dergelijke plafonds is nauwelijks voorhanden.
Ook uit navraag bij collega bouwhistorici en restauratie-adviseurs blijkt dat
dergelijke cassetteplafond’s, opgebouwd uit stucwerk, zeldzaam zijn in
Nederland. In de 16e en 17e eeuw kwamen dergelijke
plafonds vaker voor maar waren dan geheel van hout en vaak beschilderd. Deze Renaissanceperiode
leefde weer op in de 19e eeuw, voornamelijk in de tweede helft van
de eeuw, waarbij de architecten op zoek gingen naar een nieuwe eigentijdse
architectuur. Er zijn in Nederland echter ook enkele voorbeelden die dateren van
het begin van de 19e eeuw. Zowel de stuczaal in Paleis Soestdijk als de
balzaal in het Paleis aan de Kneuterdijk zijn voorzien van soortgelijke
cassette plafonds, die beide omstreeks 1816-1820 zijn aangebracht onder leiding
van de architect Jan de Greef. (Bron: RCE, www.rijksmonumenten.nl) In beide
gevallen betreft het echter cassettes in een getoogd plafond.
Voorbeelden die beter overeenkomen zijn onder meer het
cassetteplafond in de kapel (uit 1910) van Abdij Mariƫnkroon te Nieuwkuijk en
in ‘de zaal van de oudheden’ (uit 1867) in het Meermanno museum te Den Haag.
(Bron: Meermanno museum, de heer E. Geleijns). Deze laatste is gesitueerd aan
de Prinsessegracht 30 en is verbouwd onder leiding van de toenmalige
rijksbouwmeester W.M. Rose, samen met Berlage en Cuypers.
Nog een goede overeenkomst vinden we in de spiegelzaal van het
Paushuis in Utrecht. (Met dank aan Hylkema Consultants voor het delen van
informatie, die daar verantwoordelijk was voor het Bouwhistorisch onderzoek en
de restauratie). Deze aanbouw is in 1830 aangebracht onder leiding van
Christiaan Kramm. Het bewaard gebleven bestek omschrijft de opbouw van het
cassetteplafond. Hierbij dienden tussen de balken bekistingen te worden
aangebracht met gelijke afmetingen als de balken en met hetzelfde hart op hart.
Vervolgens diende men het plafond te rieten en stukadoren.